“Oei, hij maakt um gewoon!” Dat grappen maken een typisch mannelijke aangelegenheid is, dat weten mannen veel beter dan vrouwen. Dat een grap niet altijd ook werkelijk uitgesproken moet worden, dat weten vrouwen dan weer beter.

Menig fuifje of vrijgezellenfeest wordt door de aanwezige mannen versiert met een paar slechte grappen of hilarische stommiteiten. Er is altijd wel een man die iets doms gedaan heeft, en altijd wel een man die daar nog overheen kan komen.

Het uitgelaten gezelschap stapte ietwat baldadig de zojuist gestopte tram in. Het vrijgezellenfeest ging richting bier en vrouwen, en de stemming was melig en scherp. Direct na binnenkomst pikte de Antilliaanse trambestuurder de grootste grappenmaker eruit en snauwde hem toe; “u heeft nog niet betaald!” Waarop de normaal gesproken zo keurige neef van de aanstaande bruidegom riep; “Wie is hier nu de zwartrijder, gij of ik?”

Zenuwachtig stapte ze naar voren en pakte de microfoon, de bruiloftsgasten onderbraken de maaltijd en keken naar wat ze over het kersverse bruidspaar wilde zeggen. Ietwat onhandig hield ze de microfoon vast met haar slanke vingers en om te testen of het ding inderdaad aan stond gaf ze er een paar harde klappen op met haar vlakke hand. Tussen de geschrokken gasten grapte er iemand “Hey Tim, doet ze dat thuis ook zo?!”

Twee grappen waar elke man zich in zal herkennen en aan menig statafel het goed zou doen. Het zijn twee schoolvoorbeelden van de mannelijke geest die een in een split-second opbloeit met een tenenkrommende grap en in de euforie van het moment vergeet dat het misschien niet de juiste uitspraak is op dat moment.

Want het mannenbrein kan er wat van. In een groep vrienden heerst vrijwel altijd een natuurlijke magie van humor en gedachten. Meestal vliegen de grappen in het rond, tenzij er vrouwen in het gezelschap zijn, dan is alles anders. Niet alleen de toon, maar vooral ook de grenzen. Veelal schuifelt de joker van het gezelschap ongemakkelijk op zijn stoel, naast zijn argwanende vriendin. De mannen houden zich in, terwijl de dijenkletsers op de lippen branden.

Wanneer de mannen goed op elkaar ingespeeld zijn zie je iets mooi ontstaan, de overtreffende humortrap. Grappen die als een soort telepathie via de glinsterende oogjes met elkaar gedeeld worden, zonder dat de aanwezige vrouwen enig benul hebben. Slechts af en toe is de spanning onthoudbaar en vliegt er toch wat over tafel. Waarop het mannelijke deel schaterend op tafel slaat; “hij maak um gewoon! Ja!”

De stemming op de bruiloft zit er goed in, af en toe door een trage sketch onderbroken. Net na het bittergarnituurtje stapt oma naar voren om een aantal anekdotes te spuien over de overgrootoma van de bruid. Een langzaam verhaal waarbij al na een paar zinnen duidelijk is dat het einde wellicht na twaalven ligt. Het geschiedenisverhaal word gelukkig opgeluisterd met oude fotos op het beamerscherm. Aan onze mannentafel zie ik de glinsteroogjes met elkaar contact zoeken, en dan sist iemand; “Het is maar goed dat we tegenwoordig beamers hebben, want anders moest je die ouwe zooi nog doorgeven ook!”

Die mannen toch; “Hij maakt um gewoon!”