“Identiteit en karakter, een apart slag volk.” Met enige regelmaat besef je dat je uit Bunschoten komt, soms in een onnozel lolletje van een paarse ribbroek, vaak in het ongemerkt uitstralen van een degelijke opvoeding en kranig karakter.

Deze week was ik welkom op een feestje voor de deelnemers aan een vrijwilligers reis naar Zuid-Afrika. Een gemêleerd gezelschap vanuit het gehele land, gezellig bij elkaar voor bbq en visbakken, een mengelmoes van achtergronden en karakters, leuk!

Het visbakken deze avond was mijn vriendin en mij toebedeeld en de scholletjes pruttelden heerlijk in de hete olie. Een vrouwelijke deelnemer uit de stad informeerde eens naar mijn interesses en stelde mij de onsmakelijke vraag; ‘Is dit nu je lust en je leven? Lekkere glibbervisjes bakken? Je bent zeker een echte Spakenburger.” Terwijl ze met een plastic vorkje een paar stukjes kibbeling in de mayonaise stond te dopen. Ondanks mijn zonnige inslag voelde ik me toch enigszins in mijn Spakenburgse lederen getast. Weer zo’n stadse muts die ff mij het cliché in wil drukken. Alsof iedere Spakenburger zijn hele leven vis staat te bakken, en dan zeker voor een euforisch gevoel van geluk. Wat een wereldvreemde drol, echt een stadsmens dat denkt dat bij de A1 de wereld ophoud. Wat een neerbuigende houding had deze voormalig-parttime-administratief-medewerkster. Wat een achterlijk beeld sommige mensen over ons mooie dorp en kranige karakter ophouden, en dat dan ook nog ongegeneerd in je gezicht staan te smeren.

Ik ben oprecht trots op mijn afkomst en degelijke opvoeding. Het bijzondere aan ons mooie dorp is slagvaardigheid, het doorzettingsvermogen en de bereidheid om ook werk te doen waar je handen vuil van kunnen worden. Spakenburgers staan geen vis te bakken op een vrijwilligersfeestje omdat ze niet meer kunnen, maar omdat ze van hun overvloed delen en hun handen vuil durven maken. Door het dorpse karakter zijn hier veel mensen niet te beroerd om de minste te zijn, juist daarom komen ze zover.

Er zijn stadse knaapjes die op hun 19e eens gaan kijken voor een bijbaantje en dan geen genoegen nemen met iets minder dan een managementfunctie. Wanneer een paarse ribbroek mij uit staat te leggen hoe hij vind dat het moet, maar zonder servet geen hamer vast durft te houden, dan weet ik genoeg. De soms wat neerbuigende houding van ‘vreemden’ is veelal gebaseerd op hun gebrek aan daadkracht, karakter en inzet. Het mooie dorp blinkt uit in daadkracht en slagvaardigheid. Van elke sector in Nederland zit een groot deel van de vooraanstaande bedrijven in Bunschoten. Vrijwel iedere Spakenburger heeft gewoon hard gewerkt voor zijn opleiding, brommertje, rijbewijs, huisje, bruiloft, bootje enzovoort. En dat allemaal in zes dagen!

Het karakter en identiteit van dit mooie dorp is waar we groot in zijn, waar we zo ver mee zijn gekomen. Waar stiekem vele vreemden jaloers op zijn. We hebben in Bunschoten helemaal geen invloed van buitenaf nodig, laat de ribbroeken lekker op de berg blijven. De gemiddelde Spakenburger is ondernemend, runt een bedrijf of afdeling, zet zich in voor een goed doel of sport, is actief in de kerk en heeft een degelijke mening. En is niks te beroerd om een scholletje schoon te maken en te bakken terwijl de vreemden hun bordje gulzig ophouden. Dat is karakter. Dat is het Spakenburgse slag volk.

Laten we trots blijven op wat we als dorp zijn en uitstralen. Bunschoten heeft helemaal geen servetjes, paarse broeken of zondagsterrasjes nodig. Blijf lekker jezelf, blijft dat slag vaardige volk. Al die vreemden van buuten nolletjie…