Wie deze weektijd over had, of ook graag een column over ergernissen schrijft heeft het bericht wellicht gelezen. Een nieuwtje uit kruis en fokland. Een kruising tussen een geit en een schaap.
Het moet dit voorjaar gebeurd zijn; tijdens een klamme hitsige ochtend in het weiland van boer Murphy. De hele week was er al een vreemde spanning tussen de pollen en het prikkeldraad. Schaapmoeder gedroeg zich dit jaar ook wel erg aanstootgevend, de kleurige make-up zat over haar gehele vacht heen en het was dan ook te verwachten dat geitvader aan de andere kant van het hekje zijn kans schoon zag toen het krulharenkontje maar weer eens ondeugend de lentelucht in ging. Pats. Schaapmoeder verzweeg het voorval en geitvader kreeg alleen nog wat naïeve vrienden aan het lachen in zijn hoek van het weiland.
Nu boer Murphy het bijzondere ongelukje bekend gemaakt heeft, zijn de grappen natuurlijk niet van de lucht. In Ierland noemen ze dit koppige stukje wol een Geep, hier in het nuchtere Hollands kan ik er niet meer van maken dan een scheit of een gaap. Het witte zondebokje heeft nog weinig van de commotie meegekregen, maar dat veranderd wel als hij straks bij het hekje komt vertellen dat hij sneller is dan zijn kroesharen broertjes.
Schaapmoeder kon bij boer Murphey op het matje komen, maar deed de scheve schaats af met een kort mmwaaa. Per slot waren er nog vier andere lammetjes bij haar geboren en kleurrijke krans op haar kont liet weinig twijfel over de rammen over. Schaapmoeder is me er eentje. Ze had het begrip rampetampen ooit zelf bedacht.
Wat geitvader van de hele situatie vind is niet precies bekend, maar naar het schijnt is hij sinds kort in een nieuw weiland gesignaleerd. Er waren toch wat strubbelingen met de overige geitjes die zich met het mekkerende nichtje geen raad wisten. Om de situatie enigzins kalm te houden heeft boer Murphey dit weekend een mediatorkoe bij het hek geplaats.
Hopelijk volgende jaar weer een normale lente in Zuid-Ierland…